Donderdag 20 juni 2024 bereikt VV Oerterp de mijlpaal van 75 jaar. Daarom deze nieuwe rubriek: Uit het archief, interviews van leden die al lang betrokken zijn bij VV Oerterp. De interviews zijn afgenomen door Gurbe van der Woude
Sterk collectief brengt Oerterp naar tweede klasse
Op 27 april 1997 promoveerde Oerterp voor het eerst in de clubgeschiedenis naar de tweede klasse. Het kampioenselftal onder leiding van trainer Bert Duker had met maar liefst zes broers, van twee verschillende families, Dijk en Huitema, een bijzondere samenstelling. Eentje die alle concurrenten te machtig was.
Trainer Bert Duker begon in zijn derde jaar bij Oerterp met een uitstekende selectie aan het seizoen. Met Marten Dijk en Geert Huitema beschikte de inmiddels 70-jarige trainer al over twee spelers met ervaring in het betaalde voetbal, en daar kwamen in de zomer van 1996 Zweitse Huitema (Veendam) en Danny Oosterbaan (sc Heerenveen) nog bij.
De familie Dijk was met Henk, Marten en Dienko net als de familie Huitema, Zweitse, Geert en Homme, met drie man vertegenwoordigd. “Het waren stuk voor stuk goede voetballers, maar zij deden het niet alleen. Ook mannen als Danny Oosterbaan, Johan Klooster en Anne Jan van der Heide waren belangrijk. Het was in zijn totaliteit een brede en sterke selectie,” weet Duker nog.
De breedte van de bank zou zijn waarde bewijzen in het kampioensjaar, want Duker had bijna nooit de beschikking over de voltallige selectie. Zo liep routinier Marten Dijk al in de tweede wedstrijd van het seizoen een knieblessure op die hem weken aan de kant zou houden. Duker:,, We hebben wel eens met alle zes broers gespeeld, maar niet vaak. Er was meestal wel iemand geblesseerd of geschorst.”
Oerterp was dat seizoen de terechte kampioen, met dank aan de ervaring van vooral de ex-profs die het elftal net dat beetje extra gaven dat nodig was om de tegenstanders de baas te zijn. Dat was vaak het geval, want de kampioen verloor slechts twee duels. Zijn eigen rol was beperkt, stelt Duker bescheiden. ,,Als trainer ben je afhankelijk van je materiaal. De kwaliteit van de spelers is bepalend voor het succes.”
Duker was drie jaar trainer van Oerterp. Hij verliet de club met een titel, promotie en prachtige herinneringen. Daar leek het in zijn eerste jaar totaal niet op. Oerterp kwam in het seizoen 1994-1995 slecht uit de startblokken. Het ging zelfs zo slecht, dat Duker bij het bestuur zijn ontslag aanbood. ,,Dat accepteerden ze niet, gelukkig maar, want daarna ging het draaien met het kampioenschap als hoogtepunt .”
Duker, die voor hij bij Oerterp kwam vijf jaar SC Makkinga had getraind, besloot na het kampioenschap een sabbatical te nemen. Het werd een definitief afscheid van het voetbal, want de Oosterwoldiger zou het trainersambt nooit weer oppakken. ,,Het was een drukke baan, ik was het hele weekend met voetbal bezig en zat op zondagavond voor Studio Sport te slapen. Toen ik eenmaal gestopt was vond ik het wel prima. Ik had meer tijd voor het gezin en meer rust.”
Volgens Henk Dijk was Oerterp in het seizoen 1996-1997 seizoen de terechte kampioen. De titel was te danken aan een surplus aan individuele kwaliteit en de brede selectie, waardoor blessures redelijk makkelijk konden worden opgevangen. Dijk zelf miste door een blessure het thuisduel tegen Peize waarin Oerterp, mede omdat rivaal ONB zich verslikte in DIO Groningen, kampioen werd.
Henk liep in een thuiswedstrijd tegen Marum een zware enkelblessure op. Het veld van Oerterp was volgens Henk een ‘knollenveld’. “Ik ferstapte my en haw in pear wike yn it gips rûn. Se tochten earst noch dat it ankel stikken wie, mar hy bliek swier kniesd te wêzen. It wie hiel spitich dat ik tsjin Peize net spile, mar ik wie net de iennige. Zweitse wie dy wedstriid ek blessearre.”
Henk denkt met veel plezier terug aan het kampioenselftal. Broer Marten strooide als laatste man met dieptepasses en trok als de stand erom vroeg mee naar voren. Geert Huitema heerste op het middenveld en zijn broer Zweitse was als spits een zeker aanspeelpunt. “Homme en ik koene maklik in goaltsje meitsje, mar de krêft wie dat elkenien it spultsje snapte. Der siet in soad fuotbal yn.”
Ook Geert Huitema roemt het collectief. “Marten, Zweitse en ik hiene ûnderfining yn it betelle fuotbal, mar jo moatte de oare jonges net fuortpoetse. It team wie op alle posysjes goed beset. It wie in útbalansearje team dat yn steat wie om in stap foarút te tinken en wist wat in wedstriid nedich hie. Ik ha dat jier mei in soad wille fuotballe by Oerterp.”
In 1993 was er een einde gekomen aan Geert zijn betaalde voetbalavontuur bij sc Heerenveen. Als gevolg van de ziekte van Bechterew, een vorm van ontstekingsreuma, werd hij afgekeurd voor betaald voetbal. Hij ging daarna bij Oerterp voetballen. “Ik woe by Appie yn it tredde ôfbouwe, mar dêr koe ik mei twa fingers yn de noas noch wol meidwaan.”
En dus kwam hij in het eerste elftal terecht. In zijn eerste jaar verloor Oerterp in een beslssingswedstrijd om de titel van Velocitas. In het tweede seizoen was het raak. Geert nam afscheid met een kampioenschap. De rugklachten speelden weer op. “Ik rûn fysyk op 'e teannen, slokte paracetemol tsjin de pine en om in bytsje soepel rinne te kinnen. Sa woe ik net fuotbalje. It wie spitich dat ik ophâlde moast, mar it wie wol in moai ein fan myn fuotbalkarriêre.”